Dutch English French German Italian Norwegian Portuguese Russian Spanish

River Erne Hoorn

Een vroeg middeleeuwse hoorn uit de rivier de Erne in Ierland.

De hoorn is opgevist uit de bedding van de rivier de Erne in 1956 tijdens onderhoudswerkzaamheden door de afdeling Drainage van het Ministerie van Landbouw. Hij is gevonden op de rivieroever in de streek Coolnashanton tegenover het eiland Cleenish, vier mijl ten zuiden van Enniskillen. In de aangrenzende streek Fyagh ligt de ruïne van de Derrybrusk- kerk uit de 15e eeuw, waarschijnlijk op de plaats van een vroege Keltische nederzetting; en op Cleenish, dicht bij de kust van het eiland op kant die het verst  van Coolnshanton verwijderd is, ligt nog zo’n nederzetting nu nog slechts gemarkeerd door twee vroegchristelijke stenen met daarin een kruis uitgehakt en een daarvan losstaande afgedekte kraagsteen, karakteristiek voor de 15e eeuw.

De hoorn is gevonden in een hoop bagger en was toen beschadigd, het brede uiteinde was versplinterd en ontbrak voor een deel. Drie van de oorspronkelijk op de hoorn aangebrachte bronzen banden waren verloren gegaan. De hoorn is in het laboratorium van het British Museum behandeld  met de ‘carbowax’ methode, het beschadigde uiteinde hersteld met balsahout en verder behandeld in het Archaeological Conservation Laboratory van de Queen’s University. Op dit moment bevindt de hoorn zich in het Ulster Museum in Belfast.

De hoorn bestaat uit een houten buis, gemaakt uit een massief stuk taxushout waaraan een bronzen mondstuk en waarop met klinknagels samengehouden bronzen banden zijn bevestigd. De hoorn is 58 centimeter lang, licht gebogen in de lengterichting. De diameter bij het mondstuk is 2,5 cm en de bekerdiameter is ongeveer 8 cm. Het bronzen mondstuk heeft een gegoten opening en ligt tegen een rand zodanig dat de verbinding met het hout glad verloopt. Het uiteinde van de hoorn is trechtervormig gemaakt. Oorspronkelijk waren er twaalf bronzen banden op de hoorn aangebracht, vervaardigd uit dun bronsplaat 1,2 cm tot 5 cm breed en de uiteinden overlappen elkaar. Deze overlappingen  zijn vrij willekeurig aan elkaar bevestigd door klinknagels, soms een enkele , soms in paren. Vier banden hebben een eenvoudige versiering van ingegraveerde lijnen en het mondstuk heeft aan de hoornzijde een randje met schuine inkervingen. De derde band van onderen onderscheidt zich door een randpatroon. (Grieks ?)
Het is mogelijk dat het ‘River Erne’ instrument op dezelfde manier is vervaardigd als de Becanhorn. (zie aldaar) De hoorn heeft een doorlopende onregelmatige barst langs de enen zijde en waarschijnlijk, dat is door beschadiging minder goed te zien, ook aan de andere zijde. Het lijkt er daarom op dat de River Erne hoorn net als de Becan hoorn is gemaakt door een massief stuk hout in de lengterichting te klieven en de twee helften, nadat ze in een passende vorm zijn gebracht en uitgehold,  weer aan elkaar te maken.

De enige aanwijzing voor de leeftijd van de hoorn is de versiering op één van de banden. Hoewel dit patroon in vroeg christelijke tijden veelvuldig werd gebruikt in boeken en op stenen en soms op metaal, komt dit patroon ook voor gedurende de opleving van de Keltische versieringen in de 16e en 17e eeuw in Ierland en Schotland.
In Ierland wordt het bewijs van die oplevering vooral gevonden in versieringen aangebracht op bouwwerken en onderdelen daarvan, hoewel het ook voorkomt op draagbare voorwerpen. Ook al komen de patronen hierin voor, toch zijn ze alleen toegepast met Keltische verbindingsstukken. Het patroon van de River Erne hoorn vertoont een speciaal kenmerk, namelijk de kleine gegraveerde driehoekjes toegevoegd aan een hoofdlijn in het ontwerp. In elke analyse wordt dit gezien als een belangrijke toevoeging aan een overigens onopvallend patroon. Zulke gegraveerde driehoekjes zijn ook te vinden op vroeg middeleeuwse Ierse voorwerpen zoals de Loch Lene Bell (Klok),  9e en 10e eeuw,en op de banden van de vroegere boekenschrijver bekend als de Domnach Airgid, 9e en 10e eeuwz ij het dat de driehoekjes op de schrijn op een andere manier ten opzichte van het hoofdpatroon zijn aangebracht.
Gelet op de aanwezigheid van deze zeldzame graveertechniek kan de Erne River hoorn met enige zekerheid worden gedateerd als vroegchristelijk, 8e tot 10e eeuw. In die tijd werd taxushout, waarvan ook de hoorn is vervaardigd, op veel plaatsen gebruikt als ondergrond voor bronswerk, zoals op schrijnen en de schacht van een staf. Ook werden schalen  en andere gebruiksvoorwerpen uit taxushout gedraaid of uitgesneden. Deze voorwerpen zijn gevonden op plaatsen van nederzettingen, vooral bij de oude eilanden, crannogs,  van Lagore en Ballinderry. Hoorns en trompetten zijn natuurlijk afgebeeld op een paar gedenkkruizen uit de 10e eeuw en in Ierse boeken uit de 8e en 9e eeuw, maar deze afbeeldingen vormen op zichzelf geen bewijs voor het daadwerkelijke gebruik van deze instrumenten in Ierland aangezien de versieringen voornamelijk zijn ontleend aan geïmporteerde afbeeldingen van Bijbelse taferelen.
Vermeldingen in Ierse analen wijzen echter op het gebruik van trompetten en hoorns zowel in oorlog als voor vermaak.

Thumbnail image Thumbnail image

Thumbnail image

Thumbnail image

 

Visitor heat map tracker, live visitor tracking, real time visitor counter